De trein vanuit Delhi naar Agra vertrok bíjna op tijd, 3 kwartier vertraging, wat voor Indiase begrippen weinig is. Ter vergelijk: ik typ dit op het station terwijl ik zit te wachten op de trein naar Jaipur die, tot dit moment, 6 uur vertraging heeft. In de trein zat ik naast een medetoerist, Katya (volluit Katyara, wat een prachtige naam is), oorspronkelijk uit Oekraïne, nu marketing manager van het Hyatt hotel in Baku, Azerbeidzjan. Met het uitwisselen van reis- en levensverhalen ging de reis van 4 uur snel voorbij en tegen 6en kwamen we aan in Agra.
Hier werd ik me weer even bewust van wat een zegen het is om een man van 1.92m te zijn: waar andere toeristen bijkans werden besprongen door taxichauffeurs, riksja-drivers, hotel-touts en verkopers, kon ik rustig doorwandelen naar de pre-paid riksja kiosk, een simpel ‘no’ van mij is genoeg om de durfal die me wel aansprak af te wimpelen. Zoals Katya het omschreef: “It’s like walking behind a wall, everything just bounces off you.” In de 2 minuten dat ik stond af te rekenen voor de riksja, was Katya omringd door zeker 5 mannetjes die haar koffer wilde dragen, mee wilde nemen in taxi, iets wilde verkopen, etc. Pas toen ik ernaast ging staan, dropen ze af. Lastig en dapper om hier als vrouw alleen te reizen.
Palace
Samen hebben we een riksja gedeeld naar hotel Saniya Palace, een aanbeveling uit de Lonely Planet. Palace is een heel groot woord voor dit Fawlty Towers-achtige complex met gangetjes, trapjes, binnenplaatsjes en kamertjes. Er waren nog kamers vrij, Katya kreeg de laatste ‘deluxe’ kamer, ik moest het doen met een standard kamer, met de afspraak dat we zouden ruilen als zij de avond erna vertrok. Op het dakterras hebben we gedineerd met prachtig uitzicht op de Taj Mahal, vanzelfsprekend de belangrijkste attractie in Agra.
De Taj Mahal is het mooist bij zonsopkomst. Die zou de volgende dag om 6.40u zijn, dus om 6.30u stond ik naast mijn bed, klaar om te gaan. Alleen bleek er een dikke mist in Agra te hangen, je kon nog geen 10 meter ver kijken. Ben dus maar terug naar bed gegaan en heb lekker uitgeslapen. Om 12u had ik afgesproken met riksja-driver Rajesh die me naar een paar plekken zou brengen waar ik mogelijk met een creditcard cash geld kon krijgen.
De ‘money situation’ hier is een groot probleem. Sinds president Modi op 8 november alle 500 en 1000 roepiebiljetten ongeldig verklaarde in de strijd tegen zwart geld, zit India in een geldcrisis: PIN-automaten doen het niet meer, wisselkoersen reizen de pan uit en iedereen, reizigers én Indiërs, is bezig met de vraag “hoe kom ik aan geld?” Het wisselkantoortje waar Rajesh me naartoe bracht was, na enig zeuren en zielig doen, wel bereid me 4000 roepie te geven. Tegen 35% commissie. Dat dus maar gelaten en wat euro’s gewisseld zodat ik even vooruit kon. Bij terugkomst in hotel ontdekte ik dat ze me 1000 roepie teveel hadden gegeven. Karma in actie 😉
Baby Taj
De rest van de middag besteed aan het bezoeken van de andere attracties van Agra: het Red Fort, de baby Taj (waar de moeder en grootouders van de Mogul die de Taj Mahal heeft laten bouwen liggen begraven) en de south bank van de rivier waar je een mooi uitzicht hebt over de Taj.
De volgende ochtend stond ik weer om 6.30u naast m’n bed voor zonsopkomst bij de Taj, maar 1 blik uit het raam leerde dat de mist, hoewel minder dan de dag ervoor, nog steeds het zicht ontnam, dus maar terug naar bed gegaan. De ochtend verder besteed aan de stad verkennen, vergeefs zoeken naar een werkende pinautomaat en lezen. Toen de mist tegen 13u optrok me vervoegd in de rij voor de Taj Mahal en na een kwartier stond ik dan eindelijk voor wat het mooiste gebouw ter wereld heet. En dat kan ik alleen maar bevestigen, de schoonheid, kwaliteit en fantastisch ontwerp van dit mausoleum beneemt je de adem. Zoals alle wereldwonderen kun je dromen hoe ze eruitzien, maar als je er zelf naast staat, is het toch anders en indrukwekkend.
Indrukken
Mijn indrukken van India tot nu toe zijn wisselend. De monumenten zijn echt geweldig, de mensen zijn bijzonder beleefd, zelfs de straatverkopers en bedelaars (hoewel het man van 1.92m-verhaal daar ongetwijfeld mee te maken heeft). De vervuiling van land, lucht en water zijn verschrikkelijk. Maar wat me het meest stoort is dat álles hier ‘half-assed’ is (zoals een Britse medereiziger het noemde). Niks werkt gewoon, alles gaat op z’n jan boeren fluitjes, alles is half kapot zonder dat iemand een serieuze poging onderneemt het beter te maken. Twee voorbeelden:
1) Het ticket voor de Taj Mahal, toch dé belangrijkste toeristenattractie van India waar jaarlijks zo’n 3 miljoen mensen op afkomen, is een soort kassabon met een QR-code. Bij de ingang staat een scanner waar je die code kunt scannen, waarna het hekje opengaat en je naar binnen kunt. Alleen doet die scanner het niet meer, dus staat er nu een mannetje met een mobiele telefoon bonnetjes te scannen, een tweede mannetje het hekje open te doen en een derde mannetje stempeltjes op de bonnen te zetten. En het is niet dat het gisteren is stuk gegaan en ze even moeten improviseren, zo te zien gaat het al maanden, zo niet jaren zo.
2) Op mijn treinkaartje van Agra naar Jaipur staat keurig in welke klasse, welke wagon, en welke stoel ik zit. Maar bij de vertrektijd staat ‘n/a’, not applicable, niet van toepassing. Terwijl als er iets nou juist wel van toepassing is bij een trein, het de vertrektijd is. En op zich klopt die niet-tijd dan weer wel, de trein die om 10.30u zou vertrekken heeft inmiddels een vertraging van 6 uur, en dat is geen uitzondering, er staan treinen op het bord (dat ook maar half werkt) die 10u vertraging hebben.
De houding van de Indiërs die ik ontmoet is er een van volstrekte apathie. Wat ik me gezien de half-assed wereld waarin ze leven wel kan voorstellen, maar wat meteen de oorzaak is dat de situatie niet verbetert. De ontwikkeling van India lijkt zich in omgekeerde richting te voltrekken, van een volk dat dingen als de Taj Mahal bouwt naar een derde wereld-land dat steeds verder in het moeras zakt.
Naschrift: uiteindelijk had trein trein 18 uur (!) vertraging. De volgende keer dat ik boos word omdat mijn trein naar Rotterdam weer 10 minuten te laat is, zal ik hier zeker nog eens aan denken.
Je herinnert je vast nog wel de
autoverkoper die vond dat ik jullie
te goed gevoed had waardoor jullie te
groot voor zijn auto’s waren. Nu heb
je wel plezier van je lengte!
Wat je meldt over het afglijden van
het afglijden in ontwikkeling in
India, had ik ook in verschillende
moslim-landen. Ook daar zijn ooit de
prachtigste dingen gemaakt en is de
wiskunde ongeveer uitgevonden. En
kijk eens hoe ze er nu voor staan.
en twee keer afglijden is een beetje
veel!
Als ik in de pan zit, zou ik ook wel een reis willen ondernemen om er uit te komen. Net als de wisselkoersen van de roepie.